´Fermin bracht zeven dagen ijlend dooor in de hut. Er was geen vochtige doek die de koorts deed dalen; er was geen zalf tegen het kwaad dat, zeiden de oude vrouwen, hem van binnen opvrat. De vrouwen van Somorrostro, die om beurten voor hem zorgden en hem versterkende tonicums toedienden in de hoop hem in leven te houden, zeiden dat de vreemdeling een demon in zich droeg, de demon van de wroeging, en dat zijn ziel naar het einde van de tunnel wilde vluchten en wilde rusten in de leegte van het zwart.'De gevangene van de hemel, pagina 168
19-11-2012
Het fotoalbum van Carlos Ruiz Zafón (8)
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten